Weltevreden-foto-Maria-Staal-e1377775920119.jpg

Monument van de Week, Huize Weltevreden Glimmen

Zaterdag 14 september 2013 is het weer Open Monumentendag! Net als andere jaren zullen er dan in de gemeente Haren weer een aantal monumentale gebouwen de deuren openen voor het publiek.
Het thema van de Open Monumentendag is dit jaar Macht & Pracht. Hierbij is te denken aan bestuurlijke en kerkelijke macht en pracht, zoals gemeentehuizen en kerken, maar ook aan herenboerderijen, notariskantoren en de kantoren van de waterschappen. Uiteraard zijn ook de borgen een symbool van macht en pracht.
Tot aan de Open Monumentendag staat er iedere week op deze website een monumentaal gebouw centraal als Monument van de Week. Deze week is de beurt aan Huize Weltevreden in Glimmen.

HUIZE WELTEVREDEN, GLIMMEN

Wie nu met de auto via de Rijksstraatweg langs Huize Weltevreden rijdt?, of met de fiets de afslag neemt van de Rijkstraatweg de Hoge Hereweg in richting Appelbergen, zal niet vermoeden dat het statige huis dat op de splitsing staat, oorspronkelijk werd gebouwd als café en herberg.
Dit was in een tijd dat de Rijksstraatweg nog niet was verhard, maar al wel in belangrijkheid begon toe te nemen als doorgaande route naar Assen, dat in 1814 de hoofdstad van Drenthe werd.

Langs de Rijksstraatweg stonden rond 1800 als een aantal cafés en herbergen, maar in 1806 besloot Jan Folkert de Vries dat er nog wel een bij kon. In overleg met de marke Glimmen pachtte hij het driehoekige stuk woeste grond, waar de Hoge Hereweg zicht afsplitst van de Rijksstraatweg. Hij leende een zak geld van Cornelis Hendrik Tjaden Jullens die woonde op het Huis te Glimmen en bouwde een herberg dat met de voorgevel dwars op de Rijksstraatweg, richting Haren was gesitueerd. Het werd bekend onder de naam Herberg De Kroon.

Wegens geldgebrek zag De Vries zich al snel gedwongen het eigendom van de herberg over te dragen aan zijn geldschieter Jullens, waarna De Vries huurder werd. Deze situatie duurde voort tot 1828, waarna De Vries de huur opzegde en een andere herberg begon, niet ver van De Kroon. Ondertussen was het eigendom van de herberg via vererving al overgegaan naar een neef van Jullens, die het pand na het vertrek van De Vries verkocht aan zijn zus Geertruida Johanna Elizabeth Jullens. Zij verbouwde de oude herberg tot woonhuis en ging er zelf wonen. Ook gaf ze het pand een nieuwe naam, Weltevreden.

Weltevreden zijkant foto Maria Staal e1377775994326

In 1843 trouwde Geertruida met Frederik Reneman, waarna het paar eerst nog een tijdje op Weltevreden bleef wonen. Al snel verhuisden zij, maar hielden het pand aan als zomerverblijf. Na het overlijden van Geertruida in 1865 liet haar man in zijn testament opnemen dat Huize Weltevreden een 'huis van weldadigheid' moest worden voor de verpleging van oude mannen en vrouwen, onder bestuur van een aantal voogden. Deze voogden lieten in 1866 aan de achterkant van het pand een vleugel bijbouwden, ten behoeve van kamers voor de behoeftige oude mannen en vrouwen. Naast de bewoners werden ook behoeftige omwonenden zo nu en dan bijgestaan met kleine bijdragen geld en dergelijke.

In 1964 werd Huize Weltevreden gerestaureerd. De helft van de in 1866 bijgebouwde vleugel werd afgebroken en de kamers gemoderniseerd. Ook vond er een uitbreiding plaats, die met een overdekte gang vanuit het oude gedeelte kan worden bereikt.
Tegenwoordig wordt het huis beheerd door de Stichting Weltevreden, die het doel heeft het verschaffen van huisvesting aan senioren en het instant houden van het rijksmonument Weltevreden. Sinds januari 2013 zit ook de Stichting Het Groninger Landschap in het bestuur. Deze organisatie heeft veel ervaring opgebouwd met monumentenbeheer. De 12 appartementen die in het pand en de uitbreiding zijn gevestigd, worden verhuurd aan senioren van in principe 50 jaar of ouder.

Het uiterlijk van Huize Weltevreden is niet veel veranderd. Een oude afbeelding uit 1845 laat zien dat het pand er toen al min of meer uitzag zoals nu: een symmetrische bakstenen gevel van twee bouwlagen, met in het midden de voordeur. Naast de voordeur bevinden zich aan beide kanten twee grote ramen met roeden. Deze worden afgedekt door eenvoudige bakstenen rollagen. Het raam boven de voordeur is versierd met een zogenaamde levensboom van gietijzer. De vijf ramen op de verdieping zijn minder hoog, maar ook voorzien van roeden. Een brede gootlijst beëindigt de gevel, waarboven een groot pannendak met twee karakteristieken schoorstenen het geheel bekroont.
In de gevel zijn verder nog eenvoudige smeedijzeren balkankers te vinden.
Dit traditioneel, maar stijlvol uiterlijk is typerend voor gebouwen uit het begin van de 19e-eeuw en kan vooral worden gevonden in een landelijke omgeving. 

Toen het pand in1868 ingebruik kwam als ouden van dagen tehuis, werd er aan de achterkant een één-laagse vleugel aangebouwd. Ook deze vleugel werd gebouwd in baksteen en sluit als geheel goed aan bij het oude voorhuis.
De vleugel heeft een vijftal zes-ruits ramen en een pannendak. Aan de achterzijde heeft de vleugel een topgevel die langs de dakrand is versierd met houten windveren.
In het huis bevindt zich nog altijd de voogdenkamer, van waaruit de voogden de zaken rondom het ouden van dagen tehuis regelden.

Sinds 1973 is Huize Weltevreden een rijksmonument.


Monument van de Week, Molen De Korenschoof Noordlaren

Zaterdag 14 september a.s. is het weer Open Monumentendag! Net als andere jaren zullen er dan in de gemeente Haren weer een aantal monumentale gebouwen de deuren openen voor het publiek.

Het thema van de Open Monumentendag is dit jaar Macht & Pracht. Hierbij is te denken aan bestuurlijke en kerkelijke macht en pracht, zoals gemeentehuizen en kerken, maar ook aan herenboerderijen, notariskantoren en de kantoren van de waterschappen. Uiteraard zijn ook de borgen een symbool van macht en pracht.

Tot aan de Open Monumentendag staat er iedere week op deze website een monumentaal gebouw centraal als Monument van de Week. Deze week is de beurt aan Molen De Korenschoof in Noordlaren.

MOLEN DE KORENSCHOOF, NOORDLAREN 

Wie van Glimmen naar Noordlaren rijdt, komt vlak na het binnenrijden van het dorp Noordlaren aan de rechterkant een fraaie molen tegen. Dit is De Korenschoof, de enige molen die het dorp nu nog rijk is.

De Korenschoof werd in 1849 gebouwd door molenmaker H. Seubring in opdracht van R. Klinkhamer. In 1882 werd de molen overgenomen door M. Klugkist. Al snel werd daarna de heer Hoenderken de nieuwe eigenaar. Hij was ook al eigenaar van een tweede korenmolen in Noordlaren. Deze stond ten zuiden van het dorp bij het pad naar het hunebed. Nadat Hoenderken De Korenschoof had overgenomen, verkocht hij de tweede molen, die vervolgens werd afgebroken en verplaatst naar Drenthe. Nadat de molen weer was opgebouwd, brandde deze helaas tot de grond toe af.
In 1940 kocht de gemeente Haren de toen reeds in onbruik geraakte Korenschoof. Tegenwoordig is de gemeente Haren nog steeds de eigenaar van de molen, die na een aantal restauraties nu draaiende wordt gehouden door een vrijwillig molenaar.

De Korenschoof werd gebouwd als korenmolen en is een achtkantige stellingmolen. Bij een stellingmolen komen de wieken niet tot aan de grond en loopt er halverwege de romp een stelling om de molen, vanwaar de molenaar de onderkant van de wieken kan bereiken.
Bij De Korenschoof is het gedeelte van de romp onder de stelling gemetseld in baksteen. Kleine rondbogige gietijzeren raampjes brengen licht onder in de molen. Ook het gedeelte boven de stelling is van baksteen, maar dat valt vanwege de bekleding met horizontale houten delen niet op.
De ingang van de molen bestaat uit een stel grote dubbele deuren, waarboven in een sluitsteen de naam Klinkhamer en het jaartal 1849 te vinden zijn.

In 1862 werd de molen uitgebreid met een steen die run kon malen. Run is fijngemalen eikenschors, een product dat werd gebruikt bij het maken van leer. Voor de runmalerij werden er direct naast de molen twee rietgedekte houten schuren gebouwd. Deze zijn nog altijd aanwezig en geven de molen en omgeving een pittoresk uiterlijk.
In 1888 werd de runsteen weer verwijderd zodat er nu alleen nog koren gemalen kan worden.
De kap van De Korenschoof is bekleed met verticale houten delen. De naam van de molen is helemaal bovenin net onder de as van het wiekenkruis aangebracht. De wieken zijn 21 meter lang en voorzien van fokken, een speciaal systeem dat de wieken ook bij weinig wind kan laten draaien. Dit is vooral handig bij De Korenschoof aangezien de molen in een bomenrijke omgeving staat die soms veel wind wegneemt.

De Korenschoof werd in 1972-73 grondig gerestaureerd, waarbij een deel van de wieken werd vervangen. In 2004 was de molen weer toe aan een grote opknapbeurt waarbij de kap en het wiekenkruis in het geheel werden vervangen.

Sinds 1973 zijn de Molen De Korenschoof en de twee naastgelegen rietgedekte houten schuren een rijksmonument.

DSC03388-e1375968135561.jpg

Monument van de Week, Villa De Vennen Haren

Zaterdag 14 september 2013 is het weer Open Monumentendag! Net als andere jaren zullen er dan in de gemeente Haren weer een aantal monumentale gebouwen de deuren openen voor het publiek.

Het thema van de Open Monumentendag is dit jaar Macht & Pracht. Hierbij is te denken aan bestuurlijke en kerkelijke macht en pracht, zoals gemeentehuizen en kerken, maar ook aan herenboerderijen, notariskantoren en de kantoren van de waterschappen. Uiteraard zijn ook de borgen een symbool van macht en pracht.

Tot aan de Open Monumentendag staat er iedere week op deze website een monumentaal gebouw centraal als Monument van de Week. Deze week is de beurt aan villa De Vennen in Haren.

VILLA DE VENNEN, HAREN 

In 1920 werd aan de Rijkstraatweg 333 inHaren de eerste steen gelegd van villa De Vennen. Deze villa werd het nieuwe woonhuis van de heer Niemeyer, directeur van de gelijknamige tabakfabriek in Groningen, en zijn gezin. Het rood bakstenen gebouw werd ontworpen door de Groninger architect Wittop Koning, die aan de Rijksstraatweg en Verlengde Hereweg nog meer villa's bouwde.
Naast de villa ontwierp Wittop Koning ook de grote tuin rond het pand, in samenwerking met tuinarchitect Vroom.
De Vennen is tot 1947 in bezit gebleven van de familie Niemeyer. Toen werd het verkocht aan de heer Driesens die de villa naast woonhuis ook gebruikte als kantoor. Sinds 2001 heeft de Stichting Het Groninger Landschap haar hoofdkantoor in het pand gevestigd.

Wittop Koning ontwierp het gebouw in een traditionele bouwstijl, verwant aan de Engelse Landhuisstijl. Het heeft twee woonlagen en een rietgedekte kap.
De hoofdingang bevindt zich in het midden van de voorgevel, in een iets terugspringende nis. Samen met het erboven gelegen inpandig balkon, geeft dit de gevel een speels uiterlijk met veel schaduwwerking.
De ramen in de voorgevel en op de verdieping hebben een roedenverdeling die typerend is voor het bouwen in traditionele trant. Ook zijn in de voorgevel op de begane grond nog een aantal van de oorspronkelijke luiken bewaard gebleven.
De woonkamer bevond zich aan de zuidzijde van de villa, vanaf waar men via een erker een aansluitend terras kon bereiken.

Aan de binnenzijde is ondanks dat de villa nu als kantoor in gebruik is, nog behoorlijk wat van het oorspronkelijke interieur bewaard gebleven. Zo zijn door het hele pand heen de oude 8-ruits binnendeuren terug te vinden. De entree, woonkamer, keuken en studeerkamer op de begane grond hebben nog de oude houten betimmeringen rond de ramen en op wanden. Ook is de entree voorzien van een vloer met fraaie zwarte-witte vloertegels.
In latere jaren zijn er aan de achterzijde een aantal uitbouwen toegevoegd, zoals een kinderkamer met slaapkamer erboven en een serre. Toch heeft dit het uiterlijk van de villa niet geschaad en is het ademt het nog steeds de sfeer uit de jaren 1920-30.
Vanuit de tuin heeft de bezoeker van alle kanten een fraai zicht op het gebouw.

De tuin werd in eerste instantie ontworpen door architect Wittop Koning zelf. Hij werd daarbij geholpen door de lokale tuinarchitect Jan Vroom Jr. uit Glimmen.
Vanaf de op een verhoogd plateau gelegen villa, daalt men via een aantal niveauverschillen met natuurstenen trappetjes steeds verder af naar de wat verder van het huis gelegen gedeelten van de tuin. De niveauverschillen worden door keermuren van natuursteen in stand gehouden.
Oorspronkelijk werden vanuit de villa verschillende zichtlijnen gecreëerd naar de tuin. Zo keken de bewoners vanuit de woonkamer naar een langs het zuidelijke terras gelegen flagstone tuin. Vanuit de aan de achterkant gelegen studeerkamer keek men over het gazon. In de eetkamer werd het oog via een pad met natuurstenen trapjes en een rotstuin naar het tuinhuis aan het andere eind van de tuin geleid.

Tuinarchitect Jan Vroom kwam uit een familie van tuinontwerpers. De in Glimmen geboren en woonachtige Jan jr. nam in 1911 op 17-jarige leeftijd het bedrijf over van zijn vader. In 1917 werd het bedrijf uitgebreid met een eigen kwekerij.
Jan Vroom ontwerpt in de jaren 1930 een aantal villa tuinen in Haren, Glimmen en Helpman. Hij deed dit geheel volgens de mode van de tijd met rechthoekige ontwerpen, waarbij via een assenstelsel de villa centraal gelegen kwam te liggen in de tuin. Hierbij waren vooral de oriëntatie op erkers, tuindeuren en ramen van belang.
Op de verschillende niveauverschillen van de de tuin stond specifieke beplanting centraal. De keermuren en trappetjes werden veelal gemaakt van los gestapelde Bremer zandsteen.

De tuin van De Vennen ziet er nog vrijwel uit zoals oorspronkelijk ontworpen door Wittop Koning en Vroom. In de loop van de tijd zijn er wel uitbreidingen en veranderingen geweest, maar die waren niet ingrijpend. In de winter van 2008-09 werd de tuin door de huidige gebruiker van het pand, Stichting Het Groninger Landschap, gerestaureerd. Hierbij is een latere toevoeging van een vijvertuin ongedaan gemaakt. Op deze plek is nu weer een rosarium gecreëerd, die in de jaren 1930 was verdwenen voor de aanleg van een privé tennisbaan.

Villa De Vennen is een gemeentelijk monument.

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 




[caption id="attachment_2617" align="alignleft" width="600"] Achterzijde van Villa De Vennen. In het torentje zat op de begane grond de eetkamer. In 1935 werd langs de achtergevel over de volle breedte een serre aangebouw, waardoor het effect van een torentje wat verdween.[/caption]

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

 

###


Nog meer lezen over monumenten in de gemeente Haren? Bezoek dan Monument van de Week, of bekijk het programma van de komende Open Monumentendag.

Monument van de Week, Dorpskerk Haren

Zaterdag 14 september a.s. is het weer Open Monumentendag! Net als andere jaren zullen er dan in de gemeente Haren weer een aantal monumentale gebouwen de deuren openen voor het publiek.

Het thema van de Open Monumentendag is dit jaar Macht & Pracht. Hierbij is te denken aan bestuurlijke en kerkelijke macht en pracht, zoals gemeentehuizen en kerken, maar ook aan herenboerderijen, notariskantoren en de kantoren van de waterschappen. Uiteraard zijn ook de borgen een symbool van macht en pracht.

Tot aan de Open Monumentendag staat er iedere week op deze website een monumentaal gebouw centraal als Monument van de Week. Als eerste de Dorps- of Nicolaaskerk in Haren.

DORPS- OF NICOLAASKERK, HAREN

Midden in het centrum van het dorp Haren is de Dorps- of Nicolaaskerk te vinden, een van de twee oude Groninger kerken die de gemeente Haren rijk is.
Het werd zo rond 1200 gebouwd op het hoogste gedeelte van het dorp Haren en was in die tijd omgeven door een aantal boerderijen. Ook lag het pal aan de belangrijkste doorgaande route van Groningen naar het zuiden.
Hoewel er nooit bewijs voor is gevonden, bestaat de mogelijkheid dat de Dorpskerk werd gebouwd op de overblijfselen van een oud heidens heiligdom, iets dat niet geheel ongebruikelijk was na de kerstening.

Het huidige gebouw heeft een bewogen geschiedenis achter de rug. Zo werd de toren een aantal keren in de brand gestoken tijdens gevechten tussen Groningers en Saksen en werd het in de tachtigjarige oorlog nogal eens door inwoners van Haren als schuilplaats gebruikt. Ook zou 'Bommen Berend', de Bisschop van Munster, tijdens het beleg van Groningen in 1672, de toren als uitkijkpost hebben gebruikt.
In eerste instantie was de Dorpskerk een Roomskatholieke kerk, gewijd aan Sint Nicolaas. Daar kwam tijdens de reformatie verandering in, toen in 1594 tijdens de reductie van Groningen, de 'gereformeerde' religie werd ingevoerd. Dit werd later de Hervormde kerk.
Door deze geschiedenis is er aan het uiterlijk van de Dorpskerk het een en andere veranderd. Ook hebben latere verbouwingen en restauraties hun sporen nagelaten.

De Dorpskerk werd zo rond 1220 gebouwd in de romano-gotische bouwstijl. Het had een eenvoudige rechthoekige plattegrond. Het aangebouwde koor was iets smaller dan het schip, met een lager dak. De muren van de kerk werden gemetseld in grote bakstenen, ook wel kloostermoppen genoemd. Oorspronkelijk had de kerk kleine ramen met een ronde boog. Een aantal daarvan zijn nog over. De andere, grotere, ramen werden in latere eeuwen aangebracht.
De oostgevel van het koor is voorzien van siermetselwerk. Helaas is dit door de aanbouw van de latere consistoriekamer grotendeels aan het oog onttrokken. Een klein beetje is hiervan nog zichtbaar in de topgevel van het koor.
De toren heeft, zoals vermeld, in het verleden heel wat te lijden gehad. De toren zoals wij die nu kennen met achtkantige spits is tot stand gekomen na een restauratie in 1914. Daarvoor had het een zadeldak. Deze is op oude foto's nog te herkennen. De westgevel van de toren werd tijdens die restauratie geheel opnieuw opgemetseld, waarbij ook de twee zware steunberen werden verwijderd

Het interieur van de kerk is sinds de reductie van 1594 nog een aantal keren aangepast. Sinds die tijd zijn de muren witgekalkt, waar ze eerst mogelijk voorzien waren van muurschilderingen. Ook moesten de mensen vroeger tijdens de kerkdienst staan, maar werden er later banken geplaatst.
Het schip heeft een eenvoudig houten plafond, maar het koor is overwelfd door een meloen gewelf. De doorgang tussen het koor en schip heeft een sierlijke spitsboog gekregen.
De preekstoel heeft rijk- met de vier evangelisten versierde houten panelen. Het dateert uit 1725.
Het merendeel van de banken in het schip is van jongere datum, maar een aantal oude exemplaren zijn in het koor bewaard gebleven. Het gaat hierbij om twee eikenhouten kerkbanken met deurtjes die vermoedelijk dateren van rond 1600. Deze dragen de wapens van de families Alberda en Schatter, wonende op het Hof te Hemmen. Verder zijn er in de kerk nog banken te vinden van rond 1660, waarschijnlijk gebruikt door Rudolf De Sitter (burgemeester van Haren, die woonde op Voorveld) en een bank uit 1725 met het wapen van de familie Gockinga die de borg Mickelhorst bewoonde. Ook de ouderlingen en diaken banken, die wel in het schip een plaats kregen, zijn bewaard.
Het orgel in de kerk is een ouder orgel dat in 1770 ingrijpend door Hinsz is gerestaureerd. Toen kreeg het ook de huidige vorm.

In en om de kerk zijn een aantal oude graven terug te vinden. Zo zijn die van J. Rummerink uit 1616 en R. Warmolts uit 1720 te zien in de vloer van de kerk. Het graf van een Scato Gockinga bevindt zich aan de zuidzijde van kerk. De sterk verweerde zerk op dat graf dateert uit 1833. Aan de zuidzijde bevinden zich ook drie graven van de familie Reiger, die in 't Huis de Wolf woonden.

Sinds 1973 is Dorpskerk een rijksmonument.



 

Old Go

De Harense Historische Vereniging Old Go is opgericht in januari 2010 en houdt zich bezig met de geschiedenis van de voormalige gemeente Haren. De gemeente bestond uit de dorpen Haren, Glimmen, Onnen en Noordlaren en de buurtschappen Essen, Dilgt en Hemmen. Op 1 januari 2019 is de gemeente Haren in het kader van de gemeentelijke herindeling samengegaan met de gemeenten Groningen en Ten Boer. 

Gevarieerd aanbod

Lezingen en excursies

Organisatie Open Monumentendag 

Uitgave van Harens Old Goud, 2x per jaar, een tijdschrift met een breed aanbod van artikelen en oude foto's

Publicaties in Haren de Krant

Presentatie en promotie op evenementen.

Info-centrum

Kom eens langs in het Info-centrum van Old Go! Elke eerste donderdag van de maand kunt u van 14.00 tot 16.00 uur bij ons terecht voor inzage in ons archief. We hebben een luisterend oor voor uw (oude) verhalen met of zonder foto’s. Voor vragen en informatie kunt u mailen naar info@oldgo.nl. Het adres is: Oude Brinkweg 12A, Haren; de trap op naar boven.   

Contact

Wilt u lid worden?  Zie ons aanmeldingsformulier. 

Heeft u een algemene vraag of opmerking:  info@oldgo.nl

Wilt u een artikel of foto's aanbieden voor Harens Old Goud: redactie@oldgo.nl