De bovenstaande situatietekening uit 1932 heeft betrekking op de aanleg van de Botanicuslaan. Ik wil met mijn verhaal echter niet starten in 1932 maar in 1915. Ook voor de situatie in die periode biedt de kaart voldoende houvast. Aan de onderzijde van de kaart loopt de Rijksstraatweg. Helemaal links zien we 't Huis de Wolf (1) en rechts eindigt de getekende bebouwing bij de Molenweg (2). Bij (4) zien we het kruispunt Molenweg/Kromme Elleboog/Kerklaan. Behalve Huize de Wolf staan er nog een paar interessante gebouwen op de kaart. Bij (3) zien we de pastorie van de Hervormde kerk, bij (5) de boerderij die is afgebroken bij de bouw van het Biologisch Centrum in de jaren ’60 en bij (6) een rijtje woningen aan de westzijde van de Rijksstraatweg ter hoogte van de Potgieterlaan.
Die laatste rij woningen vormde tot 1940 de entree van het dorp Haren. Ik heb daar in 2022 de column ‘De entree van Haren’ over geschreven. Het ging om totaal verkrotte woningen, waarvan een aantal in 1920 onbewoonbaar werden verklaard. Tegenover deze rij woningen stond aan de oostzijde van de Rijksstraatweg nog zo’n rijtje woningen. Dit buurtje was ook wel bekend als Kattenhage. Het was een sloppenwijk, een slobberbuurt. Kort na 1915 vinden aan de oostzijde van de Rijksstraatweg een aantal interessante ontwikkelingen plaats. Het Rijk koopt 't Huis de Wolf inclusief de boerderij (5) met bijbehorende gronden en legt hier het eerste deel van de Hortus aan. Tegelijkertijd komt aannemer Scholtmeijer als eigenaar van de krotten aan deze zijde van de straat in beweging. Hij ruilt grond met de Hervormde kerk, waardoor bouwmogelijkheden ontstaan voor de woningen Rijksstraatweg 90 tm 96. Vervolgens verkoopt hij de krotwoningen aan de aannemer Geert Hensema. Hensema verwerft daarna ook het gehele achterliggende terrein, waardoor hij eigenaar wordt van het totale op de kaart rood omkaderde perceel.
Hensema heeft grote plannen. Hij wil niet alleen woningen bouwen aan de Rijksstraatweg, maar ook aan een nieuw aan te leggen weg. Het gemeentebestuur is enthousiast. Vooral omdat er signalen zijn dat ook het Rijk met een deel van de nieuwverworven terreinen van Huize de Wolf wel wil deelnemen aan de plannen. Zoiets vraagt een grondige aanpak. Daarom zoekt het gemeentebestuur contact met het gerenommeerde architectenbureau Granpré Molière, Verhagen en Kok te Rotterdam. In 1920 ontvangt het gemeentebestuur een eerste concept voor een uitbreidingsplan van het dorp Haren. Daarna wordt het echter stil. Een jaar later moet architect Pieter Verhagen vanuit Rotterdam berichten dat het bureau onvoldoende capaciteit heeft om de opdracht af te ronden. Het gemeentebestuur is weer terug bij af. Het enige tastbare resultaat van de contacten met Verhagen cs is een schetstekening met daarop een nieuwe weg die vanaf Huize de Wolf loopt tot de Kerkstraat. Intussen heeft Hensema in 1917 voor zichzelf de woning Rijksstraatweg 88 gebouwd. De strop van de gemeente met het Rotterdamse bureau is voor hem geen reden de verdere uitwerking van zijn plannen in de ijskast te zetten. Hij schakelt de architect Eelkema in en vervolgens ook het bekende architectenbureau Kuiler en Drewes. Dit resulteert in de bouw van de woningen Rijksstraatweg 82, 84 en 86. Ook komen er voorstellen voor nieuwbouw op het achterliggende terrein. Een naam voor deze nieuwe wijk is er al: Wilhelminapark.
Hensema is in de periode 1917-1925 op veel meer fronten actief. Hij is vooral aannemer van wegwerken in de drie noordelijke provincies. Maar als bouwaannemer is hij ook verantwoordelijk voor de bouw van de Tuindorpschool aan de Waterhuizerweg in Haren. Aan de zuidzijde van het dorp bouwt hij voor eigen risico de twee dubbele woningen Rijksstraatweg (235/237 en 241/243) ter weerszijden het Verenigingsgebouw (voorheen Landhuishoudkundigeschool en nu kantoorgebouw Maartensstee). Op het achter deze woningen gelegen terrein bouwt hij de boerderij Westerse Drift 80 (later in gebruik bij bloemisterij Uiterwijk, inmiddels afgebroken).
Maar het Wilhelminapark komt er niet. De gemeente vindt dat de door Hensema geprojecteerde straat niet voldoet aan de bouwverordening en het Rijk doet moeilijk over de aansluiting van het riool op de Rijksstraatweg. Hensema wordt waarschijnlijk ook geconfronteerd met financiële tegenvallers en mogelijk met een afnemende gezondheid. Hij overlijdt op 4 april 1931 en een maand later wordt zijn nalatenschap failliet verklaard. Makelaar en caféhouder Horst koopt dan het nog onbebouwde achterliggende terrein en werkt samen met de gemeente de bouwplannen verder uit. De Molenweg en de Hortuslaan zijn dan inmiddels al gerealiseerd. De droom van het bureau Granpré Molière, Verhagen en Kok uit 1920 is echter niet vergeten. Vandaar dat de nieuwe straat tussen de Kerkstraat en de Molenweg in 1926 alvast de naam Hortuslaan heeft gekregen. Deze straat kan dan in de volgende fase verlengd worden richting de Rijksstraatweg. Maar dan blijkt dat het Rijk niet mee wil werken en dat brengt ons bij de afgebeelde kaart van 12 augustus 1932. Het op de kaart aangegeven traject A blijkt niet mogelijk, omdat dat traject gedeeltelijk loopt over rijksgrond (later zal hier het Biologisch Centrum worden gebouwd). Er moet gekozen worden voor traject B. Van een doorlopende straat kan geen sprake meer zijn. Voor BenW is dit aanleiding om de gemeenteraad in april 1933 voor te stellen de straatnaam Hortuslaan te wijzigen in Kamplaan. De nieuwe weg langs de Hortus kan dan de naam Hortuslaan krijgen. De gemeenteraad beslist echter anders, de Hortuslaan blijft Hortuslaan en de nieuwe weg krijgt de naam Botanicuslaan. Behalve Albertus Horst werken ook andere eigenaren graag mee aan de realisering van de nieuwe straat. Zo bouwt de Hervormde kerk een nieuwe pastorie aan de Emmalaan, waardoor aan de Rijksstraatweg een bouwblok kan worden gerealiseerd van 9 woningen, terwijl aan de nieuwe straat bouwterreinen voor drie dubbele woningen kunnen worden verkocht. In totaal wordt in 1932, 1933 en 1934 aan de Botanicuslaan gestart met de bouw van 41 woningen.
De columns ‘Harener Historie’ worden geschreven door Eppo van Koldam. Iedere twee weken verschijnt een nieuwe column. De eerste 78 columns zijn verschenen in het Harener Weekblad. De serie is per 1 april 2020 voortgezet op www.oldgo.nl. Dit is digitale column nr. 94.