Op zoek naar Hareners in de bijzondere rechtspleging na WO II

Op zoek naar Hareners in de bijzondere rechtspleging na WO II

In mijn column In plaats van Bijltjesdag heb ik aangegeven dat via Radio Oranje in 1944 werd aangekondigd dat iedere misdadiger, collaborateur en NSB’er na de bevrijding van Nederland berecht zou worden. Voor die berechting werd in Londen een geheel nieuwe organisatie voorbereid. Allereerst wilde men de eerste fase van het proces – het opsporingsonderzoek en het vooronderzoek – niet overlaten aan de politie, omdat die organisatie op grote schaal met de Duitsers had samengewerkt. Er kwam een afzonderlijke onderzoeksinstantie: de Politieke Opsporingsdienst (POD). Naar goed Nederlands gebruik ontstond over de samenstelling van deze POD direct al de nodige wrijving tussen de plannenmakers in Londen en de Binnenlandse Strijdkrachten (BS) in Nederland. De BS wilde ook na de bevrijding een stempel kunnen blijven drukken op de Nederlandse samenleving en accepteerde niet dat ze door de regering ter zijde zou worden geschoven ten faveure van de door de regering benoemde Provinciale Militaire Commandanten. Er werd een compromis gevonden door de BS onderdeel te maken van de POD.

Voor de berechting kwamen er twee instanties. Voor de collaborateurs en de NSB’ers werden tribunalen ingesteld. Deze tribunalen hielden zitting met drie personen. De voorzitter was een jurist, de andere leden waren ‘gewone’ burgers. Zo werd bijvoorbeeld J. Doornbos, garagehouder, wonende Rijksstraatweg 198 te Haren, benoemd tot lid van het tribunaal te Groningen. Het vonnis van een tribunaal was eigenlijk een soort advies. Het moest namelijk nog worden goedgekeurd door een apart benoemde functionaris: de Hoge Autoriteit. Meestal werd een lid van de rechterlijke macht in deze functie benoemd. Voor de provincies Groningen, Friesand en Drenthe werd dat de heer mr. Tjitte de Jong. Als de Hoge Autoriteit het niet eens was met een vonnis, kreeg het tribunaal de kans om opnieuw te oordelen. Was ook dat tweede oordeel niet naar de zin van de Hoge Autoriteit dan kon hij zelf een vonnis uitspreken. Dit leidde soms tot gekke situaties. De advocaat jonkheer mr. Tobias Jan van Iddekinge woonde in Haren in een riant pand aan de Rijksstraatweg 115 (afgebroken voor de bouw van garage Postema en inmiddels locatie voor de bouw van appartementen genaamd Huys de Haar). Van Iddekinge was in de oorlog wat te goede vriend met de Duitsers. Hij had zelfs ontmoetingen gehad met de beul Lehnhoff in het Scholtenshuis om hem zeldzame postzegels te verschaffen. Bij de bevrijding werd de 70-jarige Van Iddekinge direct opgepakt en opgesloten in het Blindeninstituut. Later kreeg hij huisarrest bij mevrouw Torringa, Jachtlaan 19 te Haren. Het tribunaal rekende Van Iddekinge zijn gedrag zwaar aan. Juist hij had als lid van een eerbiedwaardig Gronings geslacht het goede voorbeeld moeten geven. Uitspraak: internering gelijk de voorinternering en verbeurdverklaring van f 30.000,- van zijn vermogen. Met die verbeurdverklaring was de Hoge Autoriteit het niet eens. Een andere kamer van het tribunaal keek nogmaals naar de zaak en handhaafde de uitspraak. Weer greep de Hoge Autoriteit in: hij schrapte de verbeurdverklaring uit het vonnis. “Wat meer lijn graag”, verzuchtte de verslaggever van het Nieuwsblad van het Noorden in het commentaar op de uitspraak. Niet onbegrijpelijk, want mevrouw Titia Wiemann-Vissering van Huize Welgelegen te Glimmen was lid geweest van een NSB-naaiclubje en had gecollecteerd voor de aan de NSB gelieerde Winterhulp. Dat leidde voor haar tot verbeurdverklaring van f 40.000,- en daar had de Hoge Autoriteit niets tegen ingebracht.

De tweede rechterlijke instantie die werd ingesteld, bestond uit de Bijzondere Gerechtshoven. In het noorden kwam zo’n gerechtshof in Leeuwarden, maar binnen dat hof waren er ook kamers in Groningen en Assen. Bij de gerechtshoven waren bijzondere leden van het openbaar ministerie actief: de advocaten-fiscaal. Een bekende advocaat-fiscaal was de in Haren wonende (hoek Rijksstraatweg – Heide en Watersteeg) jonkheer mr. Adriaan Hendrik Sibbe van der Wijck. De gerechtshoven moesten oordelen over de zware oorlogsmisdrijven en mochten zelfs de doodstraf uitspreken. Voor de kamer Groningen werd in totaal 47 keer de doodstraf geëist. In 32 gevallen is die straf ook opgelegd. In zeven gevallen is de doodstraf werkelijk voltrokken. Een van de personen die de doodstraf kreeg opgelegd was de in Haren wonende Cornelis Johannes Minck. Hij was lid van de SS, had deel uitgemaakt van een zogenaamd Silbertanne -commando en werd verantwoordelijk gehouden voor de moord op een onderwijzer in Staphorst. De straf werd echter niet ten uitvoer gebracht. Hij kreeg gratie en kwam eind jaren ‘50 weer vrij.

De schakelfunctie tussen de POD’s en de rechterlijke instanties werd vervuld door de procureur-fiscaal. Hij moest op basis van de door de POD’s aangeleverde gegevens beslissen of een zaak een vervolg moest krijgen bij een tribunaal of bij een kamer van het gerechtshof. Hij kon aan een beslissing om niet tot verdere vervolging over te gaan ook voorwaarden verbinden. Een voorbeeld van een zaak uit die categorie is die van de onderwijzer Cornelis Dirk Smit in Glimmen. Op die zaak, waaraan meerdere aspecten kleven, kom ik nog terug in een volgende column. Voor nu is het van belang dat de procureur-fiscaal Smit aanbood om van verdere vervolging af te zien als hij accepteerde gedurende tien jaar geen overheidsambt meer te mogen uitoefenen. Smit accepteerde dat niet, omdat hij dan tien jaar lang niet aan het werk kon als onderwijzer. Daarop legde de procureur-fiscaal de zaak voor aan het tribunaal in Groningen. Smit werd vervolgens slechts veroordeeld tot verbeurdverklaring van f 100,- en niet meer dan dat.

Het was de bedoeling dat alle dossiers van de bijzondere rechtspleging per 1 januari 2025 via internet digitaal doorzoekbaar zouden zijn. Naar aanleiding van een waarschuwingsbrief van de Autoriteit Persoonsgegevens heeft de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap dat op het laatste moment verboden. Wel is nu openbaar van wie er dossiers in het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging aanwezig zijn (oorlogvoorderechter.nl). Ik heb geprobeerd een beeld te krijgen van het aantal Hareners, van wie een of meer dossiers aanwezig zijn. Zo’n benadering is uiteraard altijd arbitrair, want wie zijn Hareners? Mensen die in Haren geboren zijn? Mensen die tijdens de oorlog in Haren woonden? Ik heb me geconcentreerd op de laatste categorie, maar zelfs dan blijft het lastig. Bijvoorbeeld vanwege de vele in het najaar van 1944 naar Noord-Nederland gevluchte NSB’ers. Ik kwam uit op een bestand met 250 namen. Van die 250 personen hebben er 135 alleen een POD-dossier. Daar kan dus heel best in staan dat ze helemaal niets gedaan hebben. Bekend is het voorbeeld (niet uit Haren) van iemand die was opgepakt vanwege lidmaatschap van de NSB. De buren hadden duidelijk gezien dat hij een blad van die organisatie ontving. Bleek het te gaan om de Nederlandschen Schaakbond. Een oordeel is dus pas mogelijk na raadpleging van het dossier en daarvoor moet je naar Den Haag en daar is voorlopig een lange wachtrij. Van 85 personen is een dossier van een tribunaal aanwezig. In 75 gevallen betreft dat het tribunaal in Groningen. De enige Harense zaak voor het gerechtshof betreft de genoemde Cornelis Johannes Minck. Een journalistiek verslag van veel van de openbare zittingen en uitspraken in deze zaken is te lezen in de kranten uit de jaren 1946 tm 1949 (via delpher.nl). Vier personen hebben zich elders voor een hof moeten verantwoorden. De verslagen van die zaken zijn lastig te vinden. Ook van het bureau van de procureur-fiscaal zijn dossiers bewaard gebleven. In mijn bestand zijn dat er 35, waarvan in tien gevallen de zaak alsnog voor een tribunaal of een gerechtshof kwam.

Kloppen de bovenstaande cijfers? Ik denk in grote lijnen wel, maar er zijn ook nog veel onduidelijkheden. Zo zijn er bijna geen dossiers van de procureur-fiscaal in de Groningse zaken. Die moeten er echter wel zijn, bijvoorbeeld van de genoemde Cornelis Dirk Smit. Zijn deze dossiers niet gearchiveerd of zijn ze toegevoegd aan de dossiers van de POD en/of het tribunaal? Voorts is het evident dat het tribunaal in Groningen uitspraken heeft gedaan in de zaken van de genoemde Smit en Van Iddekinge. U zult hun namen echter tevergeefs zoeken via oorlogvoorderechter.nl. Waar zijn hun dossiers gebleven? Zijn ze verkeerd of niet gearchiveerd of wel aanwezig, maar niet geïndexeerd. Er blijft nog zoveel over om uit te zoeken!

De columns ‘Harener Historie’ worden geschreven door Eppo van Koldam. Iedere twee weken verschijnt een nieuwe column. Dit is digitale column nr. 109.

Old Go

De Harense Historische Vereniging Old Go is opgericht in januari 2010 en houdt zich bezig met de geschiedenis van de voormalige gemeente Haren. De gemeente bestond uit de dorpen Haren, Glimmen, Onnen en Noordlaren en de buurtschappen Essen, Dilgt en Hemmen. Op 1 januari 2019 is de gemeente Haren in het kader van de gemeentelijke herindeling samengegaan met de gemeenten Groningen en Ten Boer. 

Gevarieerd aanbod

Lezingen en excursies

Organisatie Open Monumentendag 

Uitgave van Harens Old Goud, 2x per jaar, een tijdschrift met een breed aanbod van artikelen en oude foto's

Publicaties in Haren de Krant

Presentatie en promotie op evenementen.

Info-centrum

Kom eens langs in het Info-centrum van Old Go! Elke eerste donderdag van de maand kunt u van 14.00 tot 16.00 uur bij ons terecht voor inzage in ons archief. We hebben een luisterend oor voor uw (oude) verhalen met of zonder foto’s. Voor vragen en informatie kunt u mailen naar info@oldgo.nl. Het adres is: Oude Brinkweg 12A, Haren; de trap op naar boven.   

Contact

Wilt u lid worden?  Zie ons aanmeldingsformulier. 

Heeft u een algemene vraag of opmerking:  info@oldgo.nl

Wilt u een artikel of foto's aanbieden voor Harens Old Goud: redactie@oldgo.nl