“Het is natuurlijk heel interessant om te weten wat er allemaal gebouwd en gesloopt is in de geschiedenis van Haren, maar voor mij zijn de mensen nog belangrijker.” schreef Rika Pater in de column van vorige maand. Het klopt dat op de website van Old Go veel over oude gebouwen staat. Maar er is nog een ander onderbelicht thema en dat is de geschiedenis van ons landschap. Mij fascineren daarin vooral de laaggelegen delen, zoals het stroomgebied van de Hunze, die de oostgrens van onze gemeente vormt. Meer dan op de Hondsrug was het landschap van de laaggelegen gebieden in de afgelopen millennia aan verandering onderhevig.
Over de Hunze verscheen in 1997 het boekje “Tien eeuwen Hunze; renaissance van een oerstroomdal”, waarin wat op dat moment bekend was uiteengezet is. Naderhand, bijvoorbeeld bij het uitbaggeren van het Zuidlaardermeer, zijn daar weer nieuwe inzichten aan toegevoegd. Reikhalzend kijk ik uit naar nieuwe ontdekkingen!
Maar vorig jaar kwam er een boek uit dat voor mij echt een eyeopener was: de “Atlas van Nederland in het Holoceen”. In elf kaarten (van 9.000 voor Christus tot 2.000 na Christus) is te zien hoe het Nederlandse landschap zich heeft ontwikkeld sinds de laatste IJstijd, de periode van het Holoceen. De door klimaatverandering veroorzaakte dynamiek is werkelijk verbazingwekkend. Uit onze lagere schooltijd weten we nog wel dat je ooit over de Noordzeebodem naar Engeland kon lopen, maar wist u bijvoorbeeld dat de IJssel vroeger bij Castricum in zee uitmondde? Voor ons gebied is natuurlijk vooral de veenvorming zeer bepalend geweest. Maar op de kaart voor 1.500 voor Christus is te zien dat de helft Nederland met veen overdekt was! Zeeland had vroeger een gesloten kustlijn; de turfwinning is er voor verantwoordelijk dat de huidige zeegaten zijn ontstaan!
“Onze” Hunze ontstond als smeltwaterdal in de voorlaatste IJstijd. De “Atlas” laat zien hoe door de sterke zeespiegelstijging die optrad na de laatste IJstijd, de zee het stroomdal binnendrong en daarbij meters dikke kleipakketten af zette. Die liggen nu op 16 tot 20 meter –NAP. In een latere fase leidde de slechter wordende afwatering en de stijging van het grondwater tot veenvorming op grote schaal. Voor de Hunze gold echter dat het lange tijd een getijdebekken bleef, waardoor het veen soms weer wegspoelde en nieuwe kleilagen werden af gezet, die soms reikten tot aan het Zuidlaardermeer. Dit laatste was het geval in de periode tussen 1.000 en 400 voor Christus. Ook in de laatste twee decennia oefenden veranderingen in het klimaat hun invloed uit, maar die van het menselijk ingrijpen kregen de overhand: economische activiteiten als turfwinning, landbouw, visserij en scheepvaart, maar ook waterbeheersing en verstedelijking leiden tot drastische ingrepen in de Hunzeloop.
De Atlas van Nederland in het Holoceen visualiseert de geologische geschiedenis op een aantrekkelijke en wetenschappelijk verantwoorde manier. Bij het bekijken van alle kaarten begrijp je ineens “het grote plaatje” van de verandering van het Nederlandse landschap veel beter en daarmee ook dat van “ons” Hunzedal. Kortom: een must-have!
Jan Kalter
Bazelmans, J. en Van der Meulen, M.
Atlas van Nederland in het Holoceen – Landschap en bewoning vanaf de laatste IJstijd tot nu.
ISBN: 9789035136397, € 24,95. Uitgeverij Bert Bakker.