Afgelopen zomer heb ik enige dagen gekampeerd op een camping tussen Zoutkamp en Vierhuizen. Een ideale springplank voor een dagje Schiermonnikoog, maar je kunt er ook prachtig fietsen door het Lauwersmeergebied en langs de Waddenkust. Zo’n fietstocht bracht mij in de Westpolder om van daaruit over de dijk het Lauwersmeergebied in te fietsen. Op de dijk staat een monument, dat herinnert aan de moeizame inpoldering en het beheer van de polder. De in dit monument herplaatste oude gedenkstenen vermelden de namen van de boerenfamilies, die woonden en werkten in de polder. Namen als Mansholt en Sijpkens worden een aantal keren vermeld. Als ik er even sta te kijken, komt een echtpaar aan fietsen. Na een blik op de stenen zegt de vrouw: “O, dus hier is Sicco Mansholt opgegroeid”. Dat is slechts ten dele waar. Wat dit echtpaar blijkbaar mist is het inzicht, dat uiteindelijk Haren het middelpunt van de wereld is, waar alle lijnen samen komen. Ik besluit tot een kort college ter plekke.
Torum en Fletum
De familie Mansholt komt oorspronkelijk uit het Duitse deel van het Reiderland. Rond 1875 vestigen twee broers Mansholt zich in de Westpolder. Hun boerderijen hebben de naam van door de Dollard verzwolgen dorpjes in het Reiderland: Torum en Fletum. Derk Roelof Mansholt, de grootvader van Sicco, is landbouwer op Torum. Sicco wordt in 1908 op deze boerderij geboren. Zijn vader Bertus is zijn opa Derk dan al opgevolgd als landbouwer op Torum. Maar als opa Derk in 1921 overlijdt, ontstaan er grote problemen in de familie. Bertus is niet in staat zijn broers en zuster (de bekende Theda Mansholt) uit te kopen. Zijn broer Willem Hendrik Mansholt, die geneesheer-directeur van het Academisch Ziekenhuis is, eist daarop publieke verkoop van de boerderij. Die verkoop vindt plaats op 9 februari 1922. De droom van Bertus en zijn 13-jarige zoon Sicco om verder te ‘boeren’ op Torum valt in duigen. In de Westpolder blijven alleen op Fletum tot op de dag van vandaag nog Mansholts actief.
Socialisten
Binnen de boerenstand nemen de Mansholts al vroeg een bijzondere positie in. Grootvader Derk, die voor zijn komst naar de Westpolder ook nog enige tijd in Meeden heeft gewoond, is een overtuigd socialist en een goede bekende van Domela Nieuwenhuis. Sicco’s vader is lid van de SDAP. Hij wordt in 1913 verkozen tot lid van de Provinciale Staten van Groningen en in 1916 tot lid van Gedeputeerde Staten. Sicco’s moeder Wabiena Andreae is actief in de vrouwenemancipatiebeweging. Bij de Tweede Kamerverkiezingen in 1918 staat zij vierde op de Groningse SDAP-lijst, maar wordt zij niet verkozen. In 1919 wordt zij verkozen tot lid van Provinciale Staten en bovendien wordt ze dan raadslid in Ulrum. Beide ouders van Sicco hebben vanaf 1919 dus zitting in de Provinciale Staten. Moeder Wabiena behoort tot de eerste groep vrouwen, die tot statenlid en raadslid worden verkozen. Zij blijft statenlid tot 1927.
Naar Haren
Zoals gezegd eindigt het verblijf van de familie Bertus Mansholt op Torum in 1922. Dit betekent niet, dat de familie armlastig is geworden. Ook Bertus deelt voor een vijfde deel mee in de forse opbrengst van de boerderij en bovendien heeft hij een baan als lid van Gedeputeerde Staten. Een functie die hij tot 1939 zal uitoefenen. De familie laat een nieuw huis bouwen in Glimmen, het ‘Huis ter Aa’ aan de Meentweg 17 (zie de foto). Sicco Mansholt heeft dus bijna zijn gehele middelbare schoolperiode in Glimmen gewoond. Als hij zijn HBS-diploma heeft behaald, vertrekt hij naar Deventer voor een studie aan de Tropische Landbouwschool. Moeder Wabiena neemt in Haren net als in Ulrum al snel weer deel aan de lokale politiek. Van 1923 tot 1931 zit zij voor de SDAP in de gemeenteraad van Haren. Vader Bertus blijft op provinciaal niveau actief en vervult binnen de Harener gemeenschap geen bijzondere rol.
Vete
Een verrassend inkijkje in de verhoudingen te Glimmen geeft mevrouw P.A.C. Prins-Poorter in de inleiding op haar boek ‘Boerenhand en Herenhand in Glimmen’. Zij komt met haar man en kinderen in 1956 op het ‘Huis ter Aa’ in Glimmen wonen. De eerste welkomstwoorden van buurvouw De Ruyter de Wildt, geboren Quintus, woonachtig op het Huis te Glimmen iets verder aan de Meentweg, waren “ik heb een vete met u”. Dit bleek te slaan op een langdurige ruzie tussen haar en de Mansholts over een houtwal tussen hun beider percelen en dit werd door de oude mevrouw De Ruyter de Wildt één op één door vertaald naar de nieuwe bewoners van het huis.
Bij de foto: Huis ter Aa (fotograaf onbekend; Groninger Archieven)
De columns ‘Harener Historie’ worden geschreven door Eppo van Koldam. De eerste 78 columns zijn verschenen in het Harener Weekblad. De serie is per 1 april 2020 voortgezet op www.oldgo.nl. Deze column is eerder gepubliceerd in het Harener Weekblad op 8 januari 2020.