Van Hein Bekenkamp ontving de Harense Historische Kring ‘Old Go’ in 2019 de gehele fotoverzameling van het Harener Weekblad over de periode, dat hij bij deze krant betrokken was. Dat was van 1967 tot en met 2005. Het uitzoeken en documenteren van de ontvangen foto’s is een hele klus. Daarbij doe je soms leuke ontdekkingen. Uit de verzameling uit het jaar 2004 kwam de bovenstaande afbeelding van een briefhoofd tevoorschijn. Hoe kwam die afbeelding daar? Ik heb Hein er nog naar gevraagd, maar ook hij wist geen goede verklaring.
Ondertussen is het briefhoofd wel erg interessant. Er staat een grote fabriek voor lakken, vernissen en standolie te Glimmen op afgebeeld. Dan wil je uiteraard weten waar die fabriek gestaan heeft. Gelukkig vermeldt het briefhoofd ook een persoonsnaam: R. Kranenburg. Wat zoeken op internet levert al snel het antwoord. Het gaat hier om Roelof Kranenburg. Hij had een drogisterij annex verfhandel aan de Steentilstraat 27 te Groningen. In de achter die straat gelegen steegjes (Kostersgang, Veulsgang en Kleine Molenstraat) had hij magazijnen.
In 1872 koopt Roelof Kranenburg een perceel grond aan de Zuidlaarderweg te Glimmen. Het perceel ligt direct rechts voorbij de spoorwegovergang in de Zuidlaarderweg. Hij laat hier vervolgens een recreatiewoning op bouwen (de huidige woning Zuidlaarderweg 1 te Glimmen). Stellig heeft de in 1870 aangelegde spoorlijn en de bouw van het station De Punt aan de huidige Parallelweg in Glimmen Roelof Kranenburg tot de keuze voor deze locatie bewogen. Hij kon in Groningen op de trein stappen en vervolgens was het dan vanaf station De Punt maar een korte wandeling naar zijn woning. De Punt was in die tijd de gangbare benaming voor het gedeelte van Glimmen ten oosten van de Rijksstraatweg. Overigens kan die reis naar Glimmen best een leuk gezamenlijk familie-uitstapje zijn geweest, want Roelofs broer Ipoje Kranenburg huurde van 1873 tot 1907 Huize Blankeweer (nu de Blankehoeve) verderop aan de Zuidlaarderweg als recreatiewoning van de familie Van Swinderen.
In Groningen beschikt Roelof Kranenburg niet over de mogelijkheid verf te produceren. Daarom koopt hij in 1876 het perceel naast zijn recreatiewoning in Glimmen en bouwt hier vervolgens een fabriek op. Dit is de fabriek die op het briefhoofd te zien is met rechts de recreatiewoning. Het huidig adres van dit pand is Zuidlaarderweg 3 te Glimmen (nu in gebruik bij Walter Hoogesteger) en de contouren van de fabriek zijn nog herkenbaar aanwezig. In 1904 brengt Roelof Kranenburg zijn bedrijf onder in de NV Groningsche Fabriek van Lakken-Vernissen. Omstreeks 1910 verkoopt Kranenburg het bedrijf aan Elias Philipstein. Dit betekent het einde van de fabriek in Glimmen. In Groningen blijft het bedrijf, dat in 1955 wordt omgedoopt in Kranenburg Verf NV, bestaan tot 1960. Dan volgt een verhuizing naar Apeldoorn.
Het fabriekspand aan de Zuidlaarderweg wordt in 1910 gekocht door Jans Koops. Hij is landbouwer en handelt in aardappels. Zijn zoon Gerrit Koops volgt hem in 1929 op. De periode Koops loopt door tot 1969. In dat jaar verkoopt Johanna de Groot, de weduwe van Gerrit Koops, het pand aan de aannemer Jan de Jong uit Groningen. Willem Rutgers vermeldt in zijn boek ‘Glimmen, dorp tussen Drentse A & Hondsrug’ over het gebruik van het pand na 1910 het volgende: “J. Koops runde er een aardappelhandel en boerderij. De fa Hammings heeft een deel van de schuren gebruikt als jam- en limonadefabriek. Ook is een van de gebouwen een tijd gebruikt als gymnastieklokaal voor de leerlingen van de openbare school. Tijdens de oorlog vorderden de Duitsers de ruimte voor het inkwartieren van soldaten. Na de oorlog zaten de Canadezen er een tijdje in“.
De opmerking van Rutgers over de jam- en limonadefabriek brengt ons op een ander spoor. Het zal hier gaan om het bedrijf Fructus, dat is opgericht door Wibrandus Gerhardus Reddingius uit Ten Boer. Een eerste advertentie van dit bedrijf lezen we in 1916. “Te koop: rabarber, roode en witte bessen, frambozen, morellen enz. in elk kwantum, door de conservenfabriek ‘Fructus’ te de Punt”. In de jaren daarna timmert het bedrijf behoorlijk aan de weg en is Fructus bijvoorbeeld aanwezig op beurzen te Zwolle en Utrecht. In wervende advertenties worden de producten uit Glimmen aangeprezen: “Vraagt uwen winkelier onze bekende alcoholvrije Rhum Punch. Dit absoluut alcoholvrije product is aangenaam van smaak en kan door oud en jong, zoowel warm als koud, bij wijze van limonade gebruikt worden”. In 1919 staat in een advertentie zelfs “leverancier van het Koninklijk Huis”. Met de productie van limonadesiroop lijkt men in Glimmen net iets eerder begonnen dan bij de bekende fabrieken van C. Polak (Ranja in 1921) en Hooghoudt (Valencia in 1922).
Vanaf circa 1920 is het bedrijf Fructus eigendom van Jacobus Kornelis Hammingh, een zoon van de exploitant van het bekende café Hammingh op de Reitdiepdijk te Garnwerd, en maakt het bedrijf onderdeel uit van ‘NV J. K. Hammingh’s Vereenigde Fabrieken van Vruchtenconserven, Alcoholhoudende en Alcoholvrije Dranken’. Rutgers verwijst in zijn boek naar deze periode. Tot wanneer Fructus in Glimmen actief is geweest, is nog niet duidelijk. Het zal naar mijn gevoelen niet lang geweest zijn. Het bedrijf van Hammingh is in 1933 failliet verklaard. Het was toen gevestigd aan de Helperwestsingel 88 te Groningen.
De columns ‘Harener Historie’ worden geschreven door Eppo van Koldam. Iedere twee weken verschijnt een nieuwe column. De eerste 78 columns zijn verschenen in het Harener Weekblad. De serie is per 1 april 2020 voortgezet op www.oldgo.nl. Dit is digitale column nr. 44.